Klein Hoefblad
Een van de eerste bloeiers: Klein hoefblad, de lente komt:
Lente is de winter de rug toe keren en vol verwachting kijken wat er komen gaat. De dagen worden langer en de zonnestralen winnen dagelijks aan kracht. Lente is naar buiten kijken, hoe de botten op de takken langzaam zwellen en openbarsten tot jonge kleine blaadjes.
Klein Hoefblad is een echte lente bode, komt algemeen in geheel Europa voor en bloeit al in februari tot april. Het is een beetje een eigenaardige plant, eerst verschijnt de bloemen later het hoefvormig blad. Deze plant overwintert en leeft verborgen onder de grond als een wortelstok. Zware vochtige grond is het meest geschikt voor deze bloem, die men dan ook kan vinden langs wegbermen, waterlopen, greppels en op kale plekken. Vanaf februari is de goudgele bloem makkelijk te vinden en te herkennen, want ze staan op een stengel voorzien van een soort roodbruine tot purperen schubben. In het begin van de bloei meet het bloempje 10 tot 15 cm als ie bijna is uitgebloeid kan dat wel 30 cm zijn. Het goudgele bloemhoofdje bestaat uit vele kleine bloempjes. De binnenste bloempjes zijn mannelijk buisvormig en geven alleen maar stuifmeel. De zeer talrijke randbloempjes vrouwelijk met lange smalle stralen. Deze vrouwelijke bloemen bevatten de zaadknoppen die bevrucht moeten worden. Dat gebeurt door insecten die stuifmeel transporteren over het bloemhoofd terwijl ze nectar opnemen. Het is heel goed te zien dat gedurende de nacht en bij koud weer , wanneer er toch geen insecten komen opdagen, kikt het bloemhoofdje voorover( naar beneden) Alle bloempjes blijven dan gesloten een soort van zelf bescherming. Terwijl de bloeitijd vordert groet de stengel hoog boven de omgevingsvegetatie uit. Het bloemhoofdje vormt nu een pluizenbol. De vele pluisjes elk met een zaadje eraan worden natuurlijk verspreid door de wind. Sommige vogels openen ook de pluizenbol om de zaadjes te eten. Na de bloei verschijnen de hoefvormige of hartvormige leerachtig en viltige bladeren op de wortelstok. De bladeren verteren het voedsel uit de grond en geven dat dan ook terug aan de wortelstok die moet nog bekomen van de eerdere inspanning van het leveren van stengels, bloempjes en bladeren. Dit is ook het moment voor een snelle ondergrondse uitbreiding. Een interessante lente brenger die door de ondergrondse wortelstok onuitroeibaar is